Achtergronden over Shaolin Kung Fu

Geschiedenis

De ‘Shaolin”’ tempels (少林寺; Shàolín Sì) zijn een groep Chinese, Boeddhistische tempels beroemd vanwegen hun lange associatie met de zelfverdedigingskunsten.

De oorspronkelijke Shaolin tempel werd gesticht tijdens de Noordelijke Wei dynastie (385 – 557) en bevindt zich op een van China’s vijf heilige bergen: de berg Song in de provincie Henan.

tempel

De Noordelijke-Wei-dynastie was één van de meer stabiele noordelijke dynastieën tijdens de periode van China’s verdeeldheid tussen de noordelijke en zuidelijke dynastieën, tussen de ondergang van de Han (220) en het herstel van de eenheid door de Sui-dynastie (581). De hoofdsteden van de Noorderlijke-Wei waren Datong (huidige provincie Shanxi) en vanaf 494 Luoyang (huidige provincie Henan).

pagoda-forest-china

De naam “Shaolin” betekent “Jong Bos“. De eerste Shaolin tempel werd gebouwd in 495 en dit blijft een van de oudste Boeddhistische tempels van China. Men veronderstelt dat het gebruikt werd om de Indiase monnik Batuo een onderkomen te bieden gedurende de 30 jaren dat hij het Hinayana Boeddhisme predikte in China.

monks 1

(De Noordelijke Wei dynastie is vooral bekend geworden om de bevordering van het boeddhisme door de Toba heersers. De Toba was een proto-Turkse nomadenstam uit de steppen ten noorden van het leefgebied van de Chinezen en één van de steppenvolkeren, die de macht in Noord-China na de Han-dynastie in handen gekregen hadden. Het Chinese cultuurgebied bevond zich destijds nog vrijwel geheel in het noorden. He zuiden had een soort koloniale status, met een voornamelijk autochtone niet-Chinese cultuur.

zhenzhou 2

 

De Toba-heersers namen tijdens de eerste 100 jaar van hun bewind de Chinese cultuur geheel over, een van de vele voorbeelden in de Chinese geschiedenis van culturele assimilatie. Dit leidde er o.a. toe, dat zij in 494 hun hoofdstad naar Luoyang verplaatsten. Luoyang ligt in het noordwesten van de provincie Henan, iets ten zuiden van de Gele Rivier en ten westen van Zhengzhou . Het was eens het culturele hart (en eeuwenlang de hoofdstad) van China, vooral tijdens de Sui-dynastie (589-618). Kanalen verbonden Luoyang helemaal met Beijing en Hangzhou . Onder de Tang (618-906) bleef de stad welvarend, maar daarna nam haar betekenis af. Luoyang is nu een regionaal centrum en heeft een sfeervolle binnenstad.)

Traditioneel, ontwikkelden de Shaolin monniken hun expertise in zelfverdedigingskunsten als antwoord op de aanvallen van bandieten, en als een manier om lichamelijk in conditie te blijven, en ook om mentale en fysieke discipline te krijgen. Shaolin monniken reisden vaak veel door het land om het Boeddhisme te prediken, en waren daardoor regelmatig doelwit bij roofovervallen. De bloeitijd van de tempel was tijdens de vroege Tang Dynastie (618 – 907).

tommy 1

(De Tang-dynastie wordt evenals de Han-dynastie (202 v. Chr. – 220 n. Chr.) beschouwd als één van China’s twee klassieke dynastieën. Het Tang-rijk bereikte de grootste territoriale uitstraling en machtsuitoefening uit de gehele Chinese geschiedenis. Ook in cultureel opzicht vormde de Tang-dynastie een hoogtepunt. De opvallend getalenteerde eerste keizers van deze dynastie hebben aan het prestige van deze periode belangrijk bijgedragen.)

De Shaolin monniken hingen het Chan Boeddhisme aan (dat later in Japan het Zen Boeddhisme werd) en Zuiver Land Boeddhisme.

De bekendste naam die met Shaolin wordt geassocieerd is misschien die vanBodhidharma of Tamo. Van hem wordt gezegd, dat hij een Indiase leraar van het Boeddhisme was in de 5e en 6e eeuw n. Chr.

boeddha

Volgens het verhaal werd Bodhidharma aanvankelijk de toegang tot de Shaolin tempel geweigerd, en werd hij pas toegelaten, nadat hij 9 jaren lang tegenover een muur in de buurt zat te mediteren, waarmee er uiteindelijk gaten in de muur werden gebrand.